Constant, New Babylon

Het Gemeentemuseum Den Haag heeft in de permanente opstelling enkele maquettes van Constant Nieuwenhuys’ project New Babylon. Deze zomer stelt het museum het gehele project ten toon. Toen ik de maquettes voor het eerst zag, trof me de discrepantie tussen de bijgeleverde teksten en de werken zelf. Uit de teksten bleek Constant het project als een schets van utopische toekomst te zien, waarin de automatisering het dagelijks werk heeft overgenomen en iedereen een homo ludens is. Deze spelende mens krijgt binnen de voorgestelde architectuur de ruimte voor ‘kollektieve kreativiteit’. De maquettes zelf echter bestaan uit enkele niveau’s van acrylaat, ijzerdraad en metaal, voornamelijk in grijs en zwart. Het lijkt het meest op futuristische sovjet-architectuur: de nadruk op transparantie, openheid, speelveld moet de paranoïde angst door de totalitaire onderdrukking verhullen.

Architectuur van de verhullende onthulling

De verhullende onthulling is een bekend ontwerppatroon in de architectuur. In onze kapitalistische maatschappij worden kantoren gebouwd van glas en ingedeeld in open ruimten, onder het mom van transparantie en openheid. Deze gebouwen worden in beslag genomen door bijvoorbeeld banken, die geld met geld vermeerderen op een wijze die voor de passant verre van doorzichtig is. Zelfs geheel niet, want al het geld is virtueel: ontastbaar en onzichtbaar. Constants ontwerp doet ook denken aan de architectuur van de Braziliaanse hoofdstad Brasilia, inclusief de indeling in ‘sectoren’. Enorme gebouwen van glas en beton tussen grote open vlaktes, waarin niet alleen een corrupt staatsapparaat huist, maar ook waar het gewone voetvolk is buitengesloten: zij moeten huizen in omringende sloppenwijken.

Homo ludens

Voormalig hoofdkantoor ING
Voormalig hoofdkantoor ING. Bron: wikimedia commons

Constant benadrukt dat zijn project een schets is van een mogelijke vormgeving van het idee. Het idee heet unitair urbanisme. De sectoren staat boven de grond op palen, zodat het gemotoriseerde verkeer op de begane grond voortraast en daardoor  het sociale verkeer niet hindert, zoals nu het geval is. Hoofdmotief is echter ruimte geven aan een ‘kollektieve kreativiteit’. De automatisering zal alle productiearbeid overbodig maken en Huizinga’s type van de homo ludens wordt het normale type mens. Zonder arbeid staat het de mens vrij om een creatief leven te leiden; verbeelding aan de macht. Het gaat Constant om een nieuwe mens, die vrij, creatief en spelend is. De precieze invulling daarvan, geeft hij toe, is nog ongewis, omdat deze mens nog niet bestaat. Hij laat het aan de verbeelding over.

Overwinning op de natuur: Machenschaft

Dat klinkt natuurlijk heel mooi, maar het is dissonant met de geest en de letter van het ontwerp. Staande op hun palen zijn de sectoren losgezongen van de aardbodem. Op geen maquette kon ik natuurkleuren als groen of bruin terugvinden. Constant heeft de sectoren op kaarten van bestaande steden getekend, waar deze sectoren dwars over de bestaande bebouwing staan, zonder om te zien naar hoogteverschillen of rivieren. In een publicatie voor het tijdschrift van de situationisten zet hij zich af tegen de gedachte van een groene stad. Het ontwerp voorziet een overdekte stad met klimaatbeheersing. In plaats van een schijnbare terugkeer naar de natuur,

‘zien wij in dergelijke gigantische constructies de mogelijkheid van een overwinning op de natuur, doordat wij het klimaat, het licht, het geluid in die verschillende ruimte naar onze wensen kunnen regelen.’ (p.207, mijn cursivering)

Het ontwerp is een uitdrukking van totale maakbaarheid van en overwinning op de natuur. Hoe verhoudt de spelende, collectief-creatieve mens hiertoe?

Creativiteit: Erlebnis

De mens is de homo ludens: hij kan zich ‘creatief uiten’, een creatief leven leiden, ‘het leven zelf creëren’ (p.211-213). Volgens Constant onderscheidt de mens zich tegenover de automaten in essentie door de verbeelding:

‘De enig handeling buiten bereik van de automatisering is de unieke handeling van de verbeelding, waardoor de mens zich onderscheidt. Het enige gebied waar de computer niks vermag, is dat van de niet te voorziene creativiteit waarmee de mens de wereld verandert en herschept naar zijn grillige behoeften.’ (p.211)

Hij onderbouwt dit verschil niet. Waarom zou de computer in de toekomst niet creatief kunnen zijn? Is creativiteit hetzelfde als het herscheppen van de wereld? Waar komen de behoeften vandaan? Met behulp van machines en automaten transformeert de mens de wereld in een netwerk van sectoren, die Constant ziet als een overwinning van de natuur. Eenmaal bevrijd van de productiearbeid kan de mens het leven zelf herscheppen. Maar wat behelst deze creativiteit, als het (her)scheppen tot dusver een expressie van de ongebreidelde maakbaarheid, van de totale natuurbeheersing is? Hoe te leven in sectoren van totale Machenschaft?

Machenschaft und Erlebnis

Er is geen mogelijkheid voor gewoonten: ‘het leven zelf moet als creatief materiaal worden behandeld’. Alles blijft mobiel en flexibel. De klimaatbeheersing geeft de mogelijkheid tot een ‘eindeloos gevarieerd spel van ambiances’ (p. 209).

‘Elk moment van het leven in New Babylon is als het ware een hersenspoeling, in die zin dat de intensiteit van elk moment de herinnering wist, die verlammend werkt op de creatieve verbeelding. ‘ (p.214)

Het leven is niet meer continu, maar ‘een opeenvolging van momenten’ (p.217). Dit klinkt bekend. Constant schetst niet de toekomst, maar de realiteit: Machenschaft und Erlebnis, de belevingsmaatschappij. De schok van verandering in ambiance is de roes van de bezinningsloze belevenis, die de herinnering onderdrukt. De herinnering aan de totalitaire maakbaarheid, aan het lijden en de dood, aan het denken. Het leven is gefixeerd als herschepping. Schepping is de productieve totaalbeheersing van de natuur. Vrijheid ligt vast als het zoeken naar ambianceveranderingen die schoksgewijs de gedachtenis uitwissen. Constants New Babylon is als Huxley’s Brave New World. Het leven ontdaan van enige zin gepropageerd als een utopie. Zo blijkt wat nog meer ontbreekt in de ontwerpen: de relings en veiligheidsnetten tussen alle niveaus.

 

Bibliografie

Citaten uit: Constant, ‘Een nieuwe stad voor een nieuw leven, 1959’ (p. 206-209),
‘Lezing voor het Institute of Contemporary Arts (ICA) in London 1963’ (p. 210-215) en
‘Nieuw Babylon na tien jaren. Lezing gehouden aan de afdeling Bouwkunde van de TH Delft, 23 mei 1980’ (p. 216-225),
in Constant. New Babylon. Aan ons de vrijheid (Gemeentemuseum DH, Hannibal 2016)

 

delen:   twitter   facebook   linkedin